Monthly Archives: september 2013

Guacamole & salsa

Bij een echte Mexicaanse maaltijd hoort natuurlijk guacamole en een salsa. De avocado was hier echter niet zo geliefd in huize Neptunes Kitchen. Totdat ik een recept kreeg van een vriendinnetje. En zelfs als ik er voorzichtig een beetje verse koriander in verwerk zijn ze nog steeds enthousiast.

Voor de guacamole heb je nodig:
– avocado
– het sap van 1 limoen
– 1 kleine tomaat
– 1 klein rood uitje
– 1 handje vol bladpeterselie of koriander (of van ieder de helft)
– 1 bekertje zure room
– peper en zout

Optioneel: een half rood pepertje of een paar schijfjes jalapenos.

Snij de avocado in kleine blokjes, de tomaat zonder de pitjes in kleine blokjes en het uitje heel fijn. Snijd de peterselie en/of koriander fijn en meng alles door elkaar met het sap van de limoen en het bekertje zure room. Maak op smaak met peper en zout en eventueel het pepertje of jalapenos.

Voor de salsa heb je nodig:
– 2 mooie rijpe tomaten
– 1 klein rood uitje
– 1/4 rode paprika
– 1/4 groene, gele of oranje paprika (het gaat meer om de kleur dan om de smaak)
– 1 handje vol bladpeterselie
– sap van 1 limoen
– 1 teentje knoflook geperst
– 1/2 rood pepertje (of wederom een paar schijfjes jalapenos)
– 1 flinke eetlepel biber salcasi (milde paprika pasta, verkrijgbaar bij de Turkse of Marokkaanse winkel)

Meng alles door elkaar en breng op smaak met zout en peper. Laat de smaken een paar uur in trekken voor je hem serveert.

Focaccia

Ik probeer regelmatig een ander focaccia recept uit. Dit recept, van Jamie Oliver, vond ik tijdens het surfen langs de vele foodblogs die ik volg. Ik zocht naar een recept waarin semolina (of griesmeel) gebruikt werd maar ik hou niet van een brood waar zoveel toppings op liggen. Daarom bleef het basisrecept over.

Dit heb je nodig:
– 100 gram semoline
– 400 gram tarwebloem
– 1/2 tl zout
– 1/2 tl suiker
– 1 zakje droge gist
– 300 ml lauw warm water
– Olijfolie
– Zeezout

Zeef de bloem en de semolina in een kom en voeg het zout toe. Los de gist op met het suiker in het water, maak een kuiltje in de bloem en giet hierin het gistwater. Roer dit tot het een samenhangend deeg is en kneep het dan 5 minuten stevig door tot je een licht soepel deeg hebt. Offfff, je doet zoals ik alles in de kom van je Bosch kneedmachine, roer alles op een lage stand door en kneed je deeg vervolgend 5 minuten op een niet te hoge stand. Vervolgens kneed ik het deeg altijd nog even zelf door op het aanrecht, vet ondertussen de kom in met een beetje olijfolie en leg het deeg terug in de kom. Dek de kom af en zet deze 30-45 minuten op een warme tochtvrije plek.

Duw het deeg na het rijzen op een bakplaat plat tot ongeveer 1,5 cm dik. Maak er met je vingers kuiltjes in en besprenkel met olijfolie en grof gemalen zeezout. Laat het brood nog 20 minuten rusten en verwarm ondertussen je oven tot 220 graden Celsius op (ik gebruik hier de stand boven en onderwarmte). Bak het brood ca. 20 minuten.

Het brood hierboven afgebeeld heb ik gebruikt tijdens een Griekse maaltijd. Door het deeg heb ik extra een flinke tl thijm, een teentje knoflook geperst en een paar zwarte olijven in schijfjes gekneed. De focaccia hiernaast gebruikte ik bij de Ropa Vieja, met verse Salsa, Guacamole en tortillachips. Door het brood kneedde ik 1 1/2 tl pikant paprikapoeder, een 1/2 rode paprika in kleine blokjes en een handje vol peterselie en korianderblad, fijn gesneden.

Spaghetti Carbonara

Vorige week zat ik met 1 oog te volgen (het ander oog hield onze peuter in de gaten) hoe er een discussie gaande was over Spaghetti Carbonara tijdens een aflevering van MasterChef Australia. Wel room, geen room, meer toevoegingen of het originele recept. Ik ben er wel voor om te beginnen bij de basis, een zo origineel mogelijk recept vinden en dat onder de knie krijgen om het vervolgens aan te passen aan de wensen van mezelf en mijn gezin. Goed, slank zal dit gerecht niet echt gaan worden, laat de spek en de eieren weg er rest nog gewoon spaghetti. Maar het leek me heel goed mogelijk om er meer groente in te verstoppen, even beetgaar gekookt en op het laatste moment er met de eieren warm door scheppen.

Maar allereerst ging ik op zoek naar de “originele” en kwam er achter dat hierover, zoals bij zoveel gerechten, ook niet echt eenduidigheid is. Alweer kwam ik terecht bij een recept van Coquinaria maar toch heb ik ervoor gekozen om het recept iets aan te passen. Dat deden de Italianen destijds kennelijk ook al dus waarom zou deze mamma dat niet mogen 😉

Voor 4 fijne bordjes pasta heb je nodig:
– 250 gram pasta
– 150 gram magere spekreepjes
– 1 flinke teen knoflook
– 1 eetlepel olijfolie (truffelolie heb ik gebruikt en dat was heerlijk)
– 3 eieren en 1 eidooier
– 75 gram versgeraspte kaas (ik had geen Parmezaanse kaas in huis en heb oude kaas gebruikt)
Extra toegevoegd: een kwart rode paprika in kleine blokjes, een stukje courgette in blokjes, een paar kastanjechampignons in kwarten en een paar zwarte olijven in schijfjes gesneden.
Belangrijk is vooral dat alles goed op temperatuur is. Goed roeren en de pasta meteen serveren om te voorkomen dat je pasta met roerei krijgt. Wellicht ook lekker maar in deze niet de bedoeling.
Kook de pasta zoals je gewend bent en bak ondertussen de spekjes krokant. Bak als de spek krokant is even de knoflook, de courgette, champignons en paprika mee. Giet de pasta af en voeg deze met de lepel olijfolie bij de spekjes en groenten. Roer ondertussen de kaas door de eieren. Schenk de eieren bij de pasta en roer de eieren nu snel zodat ze niet stollen maar binden als een glanzende saus rond de pasta. Voeg op het laatst de schijfjes olijf toe, maak op smaak met wat vers gemalen peper en serveer meteen op voorverwarmde borden. Heerlijk met een beetje extra geraspte kaas erover.
De kinderen houden normaal alleen van “rode pasta” zoals ze de spaghetti Bolognese noemen maar dit vonden ze erg lekker. Heeeeeeeelijk wist de kleine minimuis van 2 me te vertellen. Een blijvertje dus.

 

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...
BlogSociety
Topblogs Topblogs